Van 'Ile de Ouessant' naar de 'Golfe du Morbihan'
Door Houkje
29 juni 2019 - 17 juli 2019
Rade de Brest
Het is een mooie zeiltocht van Ile d’ Ouessant naar de Rade de Brest, eerst voor de wind met grootzeil over stuurboord en de fok over bakboord. Later ruime wind. Voordat we gaan ankeren in Baie de Roscanvel ronden we Pointe d’ Espagnol en varen we tussen een rots en de wal door. Het water is er 10 meter diep. Als we de volgende dag naar Pointe d’ Espagnol wandelen en van boven af kijken naar waar we langs gevaren zijn, kunnen we ons dat niet meer voorstellen. Het ziet er nogal ruig uit. Terug bij de bijboot ligt die droog op de stenen. Met enige moeite krijgen we hem in het water, door de voorkant te schuiven, daarna de achterkant te tillen, de voorkant weer schuiven, de achterkant stukje bij beetje tillen, totdat hij in het water ligt. We moeten toch proberen een achter-ankertje op de kop te tikken. Zodat we de bijboot met een lange doorlopende lijn met de achterkant in het water kunnen laten liggen.
Het is zondag en er zijn veel ankeraars. Tegen de avond vertrekken ze bijna allemaal.
De volgende dag zoeken we een andere ankerplek in de Rade de Brest, beschut tegen NO wind. Het wordt Anse de Lauberlac’h. We hebben al een paar dagen contact met Ronald en Marijke van de Tortuga. Zij zijn onderweg naar ons. Voordat ze er zijn maken wij een leuke wandeling. ’s Avonds meren ze eerst af aan onze bakboordzijde. Na een gezellige avond in de kuip en later binnen maken ze los en gaan ze zelf voor anker. Dinsdagochtend bij de koffie spreken we af, dat we ’s middags gezamenlijk gaan wandelen naar Pointe Doubidy aan het eind van de oostoever. We gaan met onze bijboot en zij nemen hun plank met wielen mee. Die past er onder en daarmee rijden we hem tot boven aan de pier, die dient als trailerhelling. Het is een afwisselend pad, omhoog en onder de bomen door in de schaduw. Naar beneden, tot bijna aan het water bij ‘de punt’. Waar we even zitten en uitrusten. Terug via het kustpad wat nogal wisselend van hoogte is. De bijboot ligt nog net niet in het water. We schuiven hem er zo in. Drinken wat op de Tortuga. Maken er een extra tochtje heen omdat Houkje haar telefoon heeft laten liggen. Marijke belt en doordat hij rinkelt vinden we hem. We spreken af de volgende dag naar Brest te gaan
Brest, Port du Moulin Blanc
We vertrekken om 8 uur met alleen de fok. Nog voor de Tortuga, maar die haalt ons later motor zeilend in. We vinden na hun een mooie plek aan de steiger, aan de buitenkant van Port du Moulin Blanc. Het is de oostelijke haven van Brest, met uitzicht op wat er vertrekt en binnenkomt en op de brug. Het havengeld is € 37, plus een vrijkaartje ter waarde van € 21 voor Oceanopolis, een groot zeeaquarium naast de haven. Eerst gaan we boodschappen doen. De havenmeester belt de Carrefour en een auto komt Marijke en mij ophalen bij het havenkantoor. We slaan flink in en worden met dezelfde auto teruggebracht. Daar komen Ronald en Henk elk met een steekkar om de spullen naar de boot te vervoeren. Het bezoek aan Oceanopolis is zeer de moeite waard. Er zijn 3 afdelingen: Arctic, Tropical en Bretagne. Het is ruim en mooi opgezet. Helaas zijn alle bijschriften in het frans. En daar zijn wij niet zo goed in. We doen nog inkopen bij een watersportzaak in de buurt, wat noodzakelijke klusdingen en wat speeltjes, voor als de kleinkinderen komen. ’s Avonds gaan we met z’n 4en eten bij Tout le Monde, een restaurant bij de haven. Mosselen en frietjes, heerlijk! En gezellig.
Voordat we donderdag om 9 uur vertrekken nemen we afscheid van Ronald en Marijke. Zij blijven nog een dag in Brest. Meer over hun zeiltocht deze zomer kun je lezen op catamarantortuga.blogspot.com. Marijke werkt het bijna dagelijks bij. Ze krijgen van ons 2 boeken die we niet meer nodig zijn: de ‘Shell Pilot van het Kanaal’ en de ‘Vaarwijzer van het Kanaal’ van Clemens Kok. Henk krijgt van Ronald het boek ‘Je mag het altijd ruilen’, gaat over hoe buitenlanders tegen Nederlanders aan kijken. Zie dit filmpje van Ronald en Marijke voor een beeldverslag van ons gezamenlijk optrekken.
Baard
Omdat de wind bijna recht van achteren komt zeilen we met alleen de genua. In het nauwe stuk Rade de Brest uit hebben we 4-5 knopen stroom mee. Daar komt ons een Duits SAL schip (www.sal-heavylift.com) tegemoet, waar we vor uitwijken. We zeilen Camaret-sur-Mer voorbij, hoewel ons dat een leuke plek lijkt. We gaan ankeren in de baai zuid van deze plaats.
Ronald had gezien, dat de stuurboordromp een groene baard heeft. Houkje gaat deze te lijf vanuit de bijboot, met een bezem en een houten schraper. Henk pleegt onderhoud aan de watermaker: filter vervangen, filterhouders schoonmaken. Aantal liters per uur meten, hij komt uit op 49 liter per uur. Het spoelwater wordt ook gemeten en bevat nog geen 600 ppm (parts per million), dat is heel goed.
Audierne
Vrijdag 5 juli zeilen we naar de baai bij Sainte Evette, zuid van Audierne. Er is heel weinig wind, dus het gaat langzaam. Maar het is prachtig, zonnig weer. En er komt een groepje dolfijnen mee zwemmen, ze gaan net zo traag als de Wahoo. In de baai bij Sainte Evette ligt het onrustig, doordat er veel vissers en andere bootjes voorbij ‘racen’. ’s Avonds maken wij een tochtje in de bijboot het riviertje op naar Audierne. Een mooi stadje. Er liggen veel boten aan moorings, o.a. een catamaran met een gebogen voorbeam, net als Wahoo. Ook liggen er een paar wat wij noemen ‘projecten’ aan de kant. Bij een voormalig werfje, wat te koop staat. We maken vast aan een drijvende steiger en gaan op verkenning, langs het water. Er is een Ierse pub aan een pleintje, waar we wat drinken. Op elke tafel buiten staat een schelp, die dienst doet als asbak. Vies he? Terug aan boord bellen we met Paula, die jarig is.
Ankeren op een bijzondere plek
We gaan vroeg weg om stroom mee te hebben, maar er is geen wind. Dus motorren. We zien heel vaak dolfijnen, 1 of 2 bij elkaar. Je hoeft maar goed rond te kijken over de vlakke zee en je ziet ze wel ergens. Hoe dichter we Pointe du Penmarc’h naderen, hoe meer we zien. Een hele grote groep, en een groep meeuwen er boven. Er zit daar vast een school vis. Van een Duitse 2-master (Socorro) zien we iemand in het water springen bij de dolfijnen. Dat zou ik zomaar niet doen.
Omdat onze kleinzoon Art Jan vandaag jarig is en 5 jaar wordt gaan we video-bellen. Dan zien we elkaar ook. En kan hij ons zijn cadeautjes laten zien.
Omdat we geen zin hebben de hele dag te motorren zoeken we een ankerplek net voorbij Penmarc’h, zuidoost van Kérity. Daarvoor moeten we wel tussen een aantal rotsen door varen. Die zijn nu zichtbaar omdat het 2 uur voor laag water is. Maar bij hoog water zijn de meeste verdwenen en liggen we nogal ‘open’ richting zee. Gelukkig waait het bijna niet en ’s avonds en ’s nachts komt de wind vanaf het land. Er komt een Topaz zeilbootje naar ons toe varen. De man komt speciaal langs om een compliment te maken: ‘nice boat’. De hele avond horen we live muziek vanaf de wal bij Kérity.
Iles de Glènan
De volgende morgen is er eerst geen wind. We hebben even contact met Tortuga, want we zien op MarineTraffic, dat zij onderweg zijn vanaf Audierne. Zij hebben wind en zijn onderweg naar Iles de Glènan. Daar willen wij ook naar toe. Als we 5 knopen wind zien op de meter worden we onrustig en vertrekken. Eerst motorrend tussen de rotsen en ondiepten door. Dan grootzeil hijsen en genua uitrollen. Het gaat heel rustig, 3 knopen snelheid, windhoek 130-150 graden. Na een paar uur is de wind op. Op 1 motor verder. De Tortuga heeft net een rif gezet, zij hebben wel wind. Wij lopen de eilanden aan van de noordkant, zij van de zuidkant. Als we net geankerd hebben tussen de eilanden Ile de Drénec (west) en Ile de Cicogne (oost) en Ile St. Nicolas (noord) komt de Tortuga voor ons ankeren. We halen Ronald en Marijke op met de bijboot en het is alweer gezellig. In een paar dagen hebben we over en weer wel wat beleefd.
’s Avonds komt er iemand naar ons toe varen met een Caribe bijboot. Het is Jan, een duitser, en hij komt van de Socorro. Hij was degene, die eergisteren bij de dolfijnen in het water sprong. Maar die hadden geen aandacht voor hem, vertelt hij. Hij heeft allerlei geïnteresseerde vragen (in het engels) over onze catamaran. Wij vinden het leuk die te beantwoorden en laten hem de boot zien.
Gisteren toen we aan kwamen lagen er heel veel boten aan moorings of geankerd. Toen was het zondag. Vandaag zijn er veel minder boten. Niet iedereen heeft vakantie.
Met Ronald en Marijke hebben we afgesproken vandaag de eilanden te gaan verkennen. Met onze bijboot er naar toe. We beginnen bij het eiland zuid van ons, Ile du Loch. Achteraf bezien is dit het grootste eiland. De rondwandeling via een pad en het meest over stenen langs het water duurt 2 uur, inclusief lunch van meegebrachte broodjes. De rest van het eiland is omheind en verboden gebied. De bewaker vertelt ons, dat het van een rijk iemand is, die er weer net als vroeger zeewier wil verbranden voor de sodaproductie. De schoorsteen staat er nog. Maar het lukt al 5 jaren niet de benodigde vergunningen te verkrijgen.
Het lukt niet alle eilanden in 1 dag te verkennen. We nemen 2 uurtjes rust en gaan dan naar St. Nicolas, het hoofdeiland. Het is veel kleiner en heeft grotendeels een vlonderpad. We zijn snel rond en genieten op het terras bij de haven van ijs en bier.
We nemen vast afscheid van Ronald en Marijke, zij vertrekken morgen en gaan op de terugweg naar Nederland. Daarom krijgen we 2 nieuwe kaartensets van hun, die zij niet gaan gebruiken. Van de Golfe du Morbihan en La Rochelle. Ze komen ons goed van pas. Wij hebben alleen digitale kaarten aan boord.
Ile de Groix
Dinsdagmorgen om half 9 gaat de Tortuga anker op. Houkje maakt een filmpje. We zwaaien. Het was gezellig om een paar dagen samen op te trekken. Wij wachten tot er ’s middags wind is om naar Ile de Groix te zeilen. Om half 3 vertrekken we. Eigenlijk is dat nog te vroeg, want we motorzeilen eerst een stuk. Later gaat het waaien en kunnen we voor de wind, die NNW is, zeilen. We ankeren in de zuidoost baai van Ile de Groix, bij Locmaria, aan de buitenkant van de baai. Daar liggen al 3 zeiljachten, waaronder catamaran Fizz, die we al eerder gezien hebben bij Ile d’ Ouessant en bij Brest. De 1e ankerpoging komen we te dicht bij de franse boot Julian uit. Anker weer omhoog en aan de overkant van de geul er weer in. De wind draait ’s avonds naar NO. We liggen er prima.
De volgende ochtend, en ook gisteravond, horen we geknisper onder beide rompen. Geen idee wat het is. Op internet kan ik alleen iets vinden over ‘knisperende garnalen’.
We gunnen ons geen tijd om Ile de Groix te verkennen, hoewel dat zeker de moeite waard moet zijn volgens de Vaarwijzer van de Golf van Biskaje. De reden is, dat we naar de Golfe du Morbihan willen. Om daar Niels en Bertha te ontmoeten, die met hun camper bij Kerners op een camping staan. Wij kunnen daar ankeren. Bertha is donderdag jarig en dat willen we met haar vieren.
Golfe du Morbihan
Als we om 12 uur vertrekken is de wind zuidoost. Die kant willen we op. Dus eerst kruisen. Later draait de wind steeds meer naar het zuidwesten, dat is gunstig. Er komen een paar keer dolfijnen langs zwemmen, helaas komen ze niet spelen. Om half 4 stopt de wind er mee. We motorren een paar uur. Als we Quiberon voorbij zijn kunnen we zeilen. We gaan door tot de baai bij Kerners, want we hebben de stroom mee. En dat is wel nodig als je de Golfe du Morbihan in gaat. Er kan meer dan 5 knopen stroom staan. Dat wil je niet tegen hebben. We maken vast aan een mooring. Niels en Bertha staan al te zwaaien. We halen hun op van de pier met de bijboot. En hebben heel wat bij te praten.
Verjaardag Bertha
Donderdagmorgen gaan we op verjaarsvisite bij Bertha op de camping. Niels haalt ons van de pier. We bieden een rondvaart Golfe du Morbihan aan met overnachting op Wahoo. Voor ons alle 4 een prachtige tocht. We varen tegen de wijzers van de klok in. Hebben wind en stroom mee. Alleen de genua uitgerold. Aan de westkant van Ile aux Moines pakken we visitors meerboei V7. De meerboei van afgelopen nacht bij Kerners kostte € 19. Deze V7 kost € 41 per nacht. En dat is lengtetarief, geen multihull tarief.
’s Avonds gaan we uit eten bij Chez Challemagne, een restaurant met bootterras. Deze boot ligt meestal droog, behalve bij hoog water, dan drijft hij net. Een prachtige plek, lekker eten, aardige bediening plus een mooi uitzicht.
Ile aux Moines
De volgende morgen gaan we via de dinghysteiger naar de wal om boodschappen te doen bij de superette, boven in het dorp. Rugtassen en een steekkar mee om voor een aantal dagen in te slaan. De extra draagkracht van 2 mensen is mooi meegenomen. Niels en Bertha kunnen ’s middags met de veerboot van 4 uur terug naar hun camping. We brengen hun en wachten even af of ze wel mee kunnen, dat schijnt wat problemen te geven maar het lukt. Wij gaan het sentier cotier (kustpad) op, eerst langs de westkant naar het zuiden en halverwege het eiland dwars over naar het dorp en de haven. Zaterdagmorgen doen we de noordkant van het eiland, ook weer via kustpaden. 5,5 km gelopen en gisteren 8 km. Terug aan boord maken we klaar voor vertrek naar Ile d’ Arz.
Ile d’Arz
We varen om de noordkant van Ile aux Moines naar Ile d’ Arz. Vinden aan de zuidwestkant een mooie baai, beschut tegen de verwachte N-NO wind. Er liggen veel meer boten voor anker. Een mooie plek, Plage de Brouhel heet het daar. Als we wandelend het eiland verkennen lopen we bijna helemaal rond via kustpaden, alleen de noordkant slaan we over. We komen wat ‘projecten’ voorbij, houten scheepswrakken.
De zoutwaterinlaat zit verstopt. Er komt maar een klein straaltje zout water uit de kraan en de koelkast en vriezer krijgen minimaal koelwater. ’s Avonds laat prutsen we er mee. Henk maakt een aansluiting los onder het aanrecht en met de luchtpomp blaast hij lucht in de slang. Plop! Er schiet wat naar buiten. Slang weer aangesloten en daarna komt er voldoende water uit de kraan. De keuken moet nog wel gedweild worden, daar is zout water gemorst. Vanaf 23 uur kunnen we genieten van vuurwerk, op 4 verschillende plaatsen rondom. Vast ter gelegenheid van de nationale feestdag in Frankrijk, 14 juli, dat is morgen. Dan is er ’s avonds weer vuurwerk. Ook weer op meerdere plaatsen. Mooi om van een afstand te bekijken.
Meer klusjes, verdeeld over een paar dagen
De pomp van de wc aan stuurboord moet 2 keer uit elkaar omdat hij niet goed afsluit. Er blijkt beide keren een sliert zeegras in te zitten. De helft van de verlichting in de kuip doet het al een tijdje niet meer. Omdat bij het te ver omhoog schuiven van het bankje een kabeltje is doorgesneden. Henk maakt er een nieuw kabeltje tussen, het is wel priegelwerk, maar het lukt. Eerder heeft hij al gezorgd, dat het niet weer kan gebeuren door een bout en moer onder het kabeltje aan te brengen, zodat het bankje niet verder omhoog kan. Aan de Nederlandse vlag zitten al een tijdje rafels. Houkje knipt ze er af en maakt er een nieuwe zoom in. Dit is wel de laatste keer dat dat kan. De rechthoekige vlag is inmiddels bijna vierkant.
De ‘groene baard’ en grijze aanslag aan de rompen gaan we zwemmend te lijf, met duikbril en snorkel en vinnen. Als schoonmaak attributen gebruiken we een houten plankje, houten schraper, plastic ijskrabber en borstel. Vastgeknoopt aan touwtjes, om ze niet te verliezen. We hebben helaas maar 1 zogenaamde glashouder, die bestaat uit 2 zuignappen, om op de romp te kleven. Daaraan kun je je met 1 hand goed vasthouden. De temperatuur van het water is 21 graden, dus het is goed te doen om meer dan een uur in het water bezig te zijn met schrapen en boenen. Helaas is de plastic ijskrabber in het water verdwenen en niet meer te vinden.
De slang van de buitendouche roest en is op 1 plek gebroken, waardoor de binnenslang tevoorschijn komt. Dat moet gerepareerd worden voordat hij gaat lekken. En tegen het roesten vet Henk hem in met vaseline.
Om alle ramen zit een kunststof rand. Bij het vluchtluik nog niet na het verhelpen van de lekkage, een tijd geleden. Er moeten eerst bouten afgezaagd worden en het moet verder van pas gemaakt worden. Dat doet Henk.
Woensdagmorgen 17 juni vertrekken we van onze ankerplaats bij Ile d’ Arz.